Lesmaterialen
SCHOOL op SEEF heeft allemaal losse lesmaterialen verzameld, voor op school en voor thuis. Van liedjes over veilig oversteken tot een checklist om de fiets van jouw kind te keuren. Filter op groep, thema, soort materiaal en/of uitvoering in de klas of thuis. In de linkerzijbalk met de naam "Kies lesmateriaal" kan je lesmateriaal selecteren om te bekijken.
Gefilterd op:
Je ziet momenteel alleen openbaar lesmateriaal. Log in bij Mijn SEEF om ook het afgeschermde lesmateriaal op deze pagina te bekijken.
Geselecteerd lesmateriaal
Plattegrond - Lopen en oversteken, les 2, activiteit 3: Oversteken tussen geparkeerde auto’s
Doel
De leerling kijkt of er geen bestuurders in de auto’s zitten voordat hij tussen twee geparkeerde auto’s gaat staan. De leerling kijkt vanaf de kijklijn naar links, rechts en weer naar links voordat hij de weg recht gaat oversteken.
Deelvaardigheden
- Vóór de stoeprand stoppen
- Op de kijklijn stoppen
- Naar links, rechts, links kijken
- Reageren op overig verkeer
- Rustig en recht oversteken"
Materialen
- Stoepkrijt
- 9 blauwe markeerbollen
- 2 pylonen
- Fiets (en 2 fietsen bij de differentiatie)
- 2 geparkeerde auto’s (bijvoorbeeld 2 afvalcontainers)"
Oefening
Attendeer de kinderen erop dat oversteken tussen geparkeerde auto’s gevaarlijk is. De kinderen hebben weinig zicht en de bestuurder kan zomaar wegrijden of achteruit rijden, terwijl hij hen niet ziet staan! Leer de kinderen te zoeken naar een plaats waar geen auto’s staan om over te steken of een plek waar de weg aan de linkerkant goed te overzien is. Soms is er niet zo’n plek. Dan moeten ze wel tussen de geparkeerde auto’s door oversteken. Ze mogen echter nooit oversteken vlak voor of achter een bus of vrachtauto, omdat de chauffeur ze dan niet kan zien!
Oefening - opdracht 1
Je hebt geen veiligere oversteekplaats kunnen vinden. Daarom steek je tussen twee geparkeerde auto’s over. De leerling:
- loopt naar het startpunt en stopt op de laatste tegel vóór de stoeprand
- kijkt of er iemand in de auto’s achter het stuur zit
- loopt, als er niemand in de auto zit, tussen de auto’s door naar de (denkbeeldige) kijklijn en kijkt ‘om het hoekje’
- wacht als er verkeer aankomt en kijkt opnieuw als het verkeer voorbij is
- steekt rustig en recht over als er niets meer aankomt
- blijft kijken tijdens het oversteken: eerst naar links, daarna naar rechts
- loopt via de markeerbollen naar het begin van de route en sluit aan in de rij.
Oefening - opdracht 2
Eén van de leerlingen fietst over de weg (de leerling kan hier ook doen alsof hij fietst). De overige leerlingen:
- lopen naar het startpunt en stoppen vóór de stoeprand
- lopen tussen de auto’s door tot de (denkbeeldige) kijklijn en kijken ‘om het hoekje’
- letten goed op de fietser die op de weg fietst
- steken over zoals in opdracht 1.
Differentiatie
- Als opdracht 2, maar laat nu twee of meerdere leerlingen over de weg fietsen (of doen alsof ze fietsen)
- Laat plotseling een bal op de weg rollen. Maak de kinderen duidelijk dat het erg gevaarlijk is om zomaar de weg op te rennen achter een bal aan. Blijf op de stoep staan en laat de bal rollen, kijk daarna of er verkeer aankomt. Je mag de bal pas pakken als er echt niets meer aan komt rijden."